Voor het volgende verhaaltje heeft u enige voorkennis nodig. Kijk daarom eerst even dit filmpje van 2:25 tot 3:10. U ziet daar Erik Brey, van wie we de laatste tijd helaas maar weinig horen, maar van wie ik een groot liefhebber was in de hoogtijdagen van Purper en nog meer in de tijd van zijn solovoorstellingen. Hij maakte toen muzikaal cabaret, vergelijkbaar met Hans Liberg, maar in mijn ogen toch net van een wat hoger niveau.
In het zojuist genoemde stukje beschrijft hij het verbod op Sombre Dimanche in Boedapest in de jaren vijftig in verband met de stijging van het aantal zelfmoorden. In de versie die ik ken zei hij er nog het volgende achteraan:
Dan trokken die Hongaren de stad in met die muziek nog helemaal in zich en dan kwamen ze bij die bruggen en dan sprongen ze in de Donau. En die stroomt hard.
Dat die Donau hard stroomt, hebben we vanmiddag al gezien. Toen moest ik meteen al denken aan dit oude stukje cabaret. Meteen was daar ook het besluit om die avond in een echt Hongaars restaurant te eten, met dito zigeunermuzikanten, om te zien wat voor uitwerking die muziek op ons zou hebben.
Die avond gaan we naar Szeged Etterem, waar de sfeer er al lekker in zit. Extra voordeel van dit etablissement is dat het zeer dicht bij de Donau gesitueerd is, mochten we het niet meer trekken. We bestellen een flesje Hongaarse Sauvignon Blanc en enkele typisch Hongaarse gerechten. Vooraf neem ik met foie gras gevulde paddenstoelen (Yay! Foie gras is echt hot hier!) en als hoofdgerecht kies ik een speciale bouillabaisse van plaatselijke riviervis. Dat blijkt uiteindelijk een bak vocht, gevuld met graten en een prakje dat qua textuur én smaak lijkt op Whiskas. Hoe smerig dit ook mag klinken, het is heerlijk.
Tijdens ons diner dansen de zigeuners vrolijk door de zaak, met stokken op tafel slaand en met karaffen wijn op hun hoofd. De dansers worden begeleid door een razendstrak orkest, waarin de violen de boventoon voeren. Zolang de dansers bezig zijn, is het een feest. Als zij de vloer verlaten, draait de stemming van de muziek steeds meer de kant op van de in het filmpje bedoelde muziek. De tragische tonen brengen inderdaad vreemde gevoelens in je naar boven, zeker als je tegelijkertijd nog even twee minuten met dodenherdenking bezig bent.
We betalen en strompelen naar buiten. We hijsen ons naar de dichtstbijzijnde brug over de Donau. Een prachtige brug, maar dat zien we niet meer. We kijken naar beneden. In het licht van de brug lijkt het water van de rivier nog veel harder te stromen dan overdag.
Achter ons horen we een onverstaanbare kreet. Aangezien we er helemaal niks van kunnen maken, moet het wel Hongaars zijn. Op de brug zitten wat studenten met een kratje bier. Er wordt ons een biertje aangeboden en we staan meteen weer met beide benen op de grond.
De muziek mag weer gespeeld worden in Boedapest. De oplossing was eenvoudig: op elke brug zit de jeugd klaar om springers te weerhouden van hun daad. Nu is er alleen nog iemand nodig die ze leert dat ze dat misschien beter niet met Heineken kunnen doen...
In het zojuist genoemde stukje beschrijft hij het verbod op Sombre Dimanche in Boedapest in de jaren vijftig in verband met de stijging van het aantal zelfmoorden. In de versie die ik ken zei hij er nog het volgende achteraan:
Dan trokken die Hongaren de stad in met die muziek nog helemaal in zich en dan kwamen ze bij die bruggen en dan sprongen ze in de Donau. En die stroomt hard.
Dat die Donau hard stroomt, hebben we vanmiddag al gezien. Toen moest ik meteen al denken aan dit oude stukje cabaret. Meteen was daar ook het besluit om die avond in een echt Hongaars restaurant te eten, met dito zigeunermuzikanten, om te zien wat voor uitwerking die muziek op ons zou hebben.
Die avond gaan we naar Szeged Etterem, waar de sfeer er al lekker in zit. Extra voordeel van dit etablissement is dat het zeer dicht bij de Donau gesitueerd is, mochten we het niet meer trekken. We bestellen een flesje Hongaarse Sauvignon Blanc en enkele typisch Hongaarse gerechten. Vooraf neem ik met foie gras gevulde paddenstoelen (Yay! Foie gras is echt hot hier!) en als hoofdgerecht kies ik een speciale bouillabaisse van plaatselijke riviervis. Dat blijkt uiteindelijk een bak vocht, gevuld met graten en een prakje dat qua textuur én smaak lijkt op Whiskas. Hoe smerig dit ook mag klinken, het is heerlijk.
Tijdens ons diner dansen de zigeuners vrolijk door de zaak, met stokken op tafel slaand en met karaffen wijn op hun hoofd. De dansers worden begeleid door een razendstrak orkest, waarin de violen de boventoon voeren. Zolang de dansers bezig zijn, is het een feest. Als zij de vloer verlaten, draait de stemming van de muziek steeds meer de kant op van de in het filmpje bedoelde muziek. De tragische tonen brengen inderdaad vreemde gevoelens in je naar boven, zeker als je tegelijkertijd nog even twee minuten met dodenherdenking bezig bent.
We betalen en strompelen naar buiten. We hijsen ons naar de dichtstbijzijnde brug over de Donau. Een prachtige brug, maar dat zien we niet meer. We kijken naar beneden. In het licht van de brug lijkt het water van de rivier nog veel harder te stromen dan overdag.
Achter ons horen we een onverstaanbare kreet. Aangezien we er helemaal niks van kunnen maken, moet het wel Hongaars zijn. Op de brug zitten wat studenten met een kratje bier. Er wordt ons een biertje aangeboden en we staan meteen weer met beide benen op de grond.
De muziek mag weer gespeeld worden in Boedapest. De oplossing was eenvoudig: op elke brug zit de jeugd klaar om springers te weerhouden van hun daad. Nu is er alleen nog iemand nodig die ze leert dat ze dat misschien beter niet met Heineken kunnen doen...
Je zou alleen al in de Donau springen om die K-muziek niet meer hoeven aan te horen.
BeantwoordenVerwijderenK staat voor kattengejank, jaja.