Gisteravond kwam ik door een tip van @ClaasVaak terecht bij Auberge ´t Kookhuys. Deze zaak heeft geen vermelding in de Lekker of de SpecialBite, maar wel dertien punten in de Gault Millau. Ook is dit restaurant in het bezit van een Bib Gourmand, dus in de volle overtuiging te gaan genieten reserveerde ik voor zondagavond in Hilvarenbeek. Een interessante avond werd het in elk geval.
We komen binnen en worden opgevangen door een jongedame die ons aankijkt alsof ze geen idee heeft wat we daar komen doen. Als ik de ongemakkelijke stilte verbreek door te zeggen dat we hebben gereserveerd, worden we alsnog hartelijk ontvangen, naar onze tafel gebracht en van een bakje olijven voorzien. Wat later brengt een ober ons het menu en vraagt hij uit zichzelf of we aan een bepaalde tijdspanne gebonden waren. Veel restaurants lukt het niet zich daaraan te houden, zelfs niet na afspraak, dus bonuspunten voor deze ober dat hij het zelf oppert. Ik weet op dat moment natuurlijk nog niet dat ´geen tijdspanne´ betekent dat er tussen dit moment en het hoofdgerecht zes à zeven kwartier zitten.
De voorgerechten worden bezorgd. Allebei hebben we sliptongfiletjes waarin een mosseltje zit gerold, geserveerd op schijfjes rode biet en aardappel. De ober zet een van de borden zo neer dat een van de mooi gedresseerde visjes van zijn plaats rolt. Hij vangt dit nog adrem op door te zeggen: ´Oeps, er leeft er nog een.´ In ditzelfde stukje vis vinden we tijdens het eten stukjes schelp terug van de mossel. Als we om water vragen om dat weg te spoelen, reageert de ober eerst ongelovig: ´Schelp? In vis?´ Hij lijkt niet te weten dat er ook mosselen in het gerecht zitten. Dat hij de gerechten niet goed kent, had hij overigens zelf al toegegeven bij de amuse. Daarbij noemde hij enkele ingrediënten met als verdere boodschap: ´en.. eh.. nog een paar dingen, maar hier zult u het mee moeten doen!´
We krijgen een flesje water, maar de ober doet zijn werk de rest van de avond stilzwijgend. Op de schelp wordt niet meer teruggekomen en zonder ook maar één keer te vragen of het gesmaakt heeft, haalt hij onze borden van tafel. Dan begint het lange wachten. Gelukkig staat er nog brood op tafel om onze honger te stillen. Ik neem de tijd om gesprekken tussen de obers en andere gasten af te luisteren. Wat ik daarin opvang slaat werkelijk alles. De mensen aan de tafel naast ons vroegen de ober of hij wilde uitleggen wat panna cotta is. Voor degenen die minder culinair onderlegd zijn: panna cotta is gekookte room. Dat betekent het ook letterlijk. Je kunt dat op smaak brengen met bijvoorbeeld fruit of vanille, waarna je het gerecht met behulp van gelatine laat opstijven. Ik zou als gast al tevreden zijn met de helft van bovenstaande uitleg. Onze ober, die duidelijk weet wat hij de gasten voorzet geeft de volgende uiteenzetting: ´Gewoon, dikke pudding.´ Het staat u allen vrij het plat Brabantse accent dat hij hanteerde erbij te denken.
101 minuten na het bestellen krijgen wij een hoofdgerecht. Gelukkig is daar weinig op aan te merken. Mijn skreifilet is prima gegaard en gaat mooi samen met het mosterdkapje waaronder hij is bereid. Ook de lamsschenkel is erg lekker. Jammer dat het bijgaande aardappelgarnituur in de kern niet gaar is.
Nog een gang te gaan. Ik ben blij dat ik er maar drie besteld heb. Ik krijg een erg eenvoudig kaasplankje, maar de kaasjes erop zijn wel erg lekker en niet te sterk na het hoofdgerecht. Ramona heeft een bakje met dikke pudding en abrikozenijs. Ik heb het niet geproefd, maar zij beschreef het als lekkere componenten die niet samenkwamen. Onze borden worden weggehaald door een andere ober. En deze praat gewoon! Alleen vraagt hij niet of het heeft gesmaakt, maar of het is gelukt! Daarna praat hij binnensmonds verder, dus versta ik niet wat erachteraan komt.
Uiteindelijk praat ook de andere ober weer en komt hij ons zelfs aanbieden of we koffie van het huis willen om goed te maken dat er schelp in het eten zat. Die koffie nemen we natuurlijk graag aan. En natuurlijk weet ik ook wel dat één slechte ervaring met een restaurant niet hoeft te betekenen dat het een slechte tent is, maar voorlopig staan er te veel restaurants op mijn verlanglijstje om terug te keren voor een herkansing. De hedendaagse klassieker met constant niveau (zegt Gault Millau) presteert in elk geval even een avondje minder constant.
We komen binnen en worden opgevangen door een jongedame die ons aankijkt alsof ze geen idee heeft wat we daar komen doen. Als ik de ongemakkelijke stilte verbreek door te zeggen dat we hebben gereserveerd, worden we alsnog hartelijk ontvangen, naar onze tafel gebracht en van een bakje olijven voorzien. Wat later brengt een ober ons het menu en vraagt hij uit zichzelf of we aan een bepaalde tijdspanne gebonden waren. Veel restaurants lukt het niet zich daaraan te houden, zelfs niet na afspraak, dus bonuspunten voor deze ober dat hij het zelf oppert. Ik weet op dat moment natuurlijk nog niet dat ´geen tijdspanne´ betekent dat er tussen dit moment en het hoofdgerecht zes à zeven kwartier zitten.
De voorgerechten worden bezorgd. Allebei hebben we sliptongfiletjes waarin een mosseltje zit gerold, geserveerd op schijfjes rode biet en aardappel. De ober zet een van de borden zo neer dat een van de mooi gedresseerde visjes van zijn plaats rolt. Hij vangt dit nog adrem op door te zeggen: ´Oeps, er leeft er nog een.´ In ditzelfde stukje vis vinden we tijdens het eten stukjes schelp terug van de mossel. Als we om water vragen om dat weg te spoelen, reageert de ober eerst ongelovig: ´Schelp? In vis?´ Hij lijkt niet te weten dat er ook mosselen in het gerecht zitten. Dat hij de gerechten niet goed kent, had hij overigens zelf al toegegeven bij de amuse. Daarbij noemde hij enkele ingrediënten met als verdere boodschap: ´en.. eh.. nog een paar dingen, maar hier zult u het mee moeten doen!´
We krijgen een flesje water, maar de ober doet zijn werk de rest van de avond stilzwijgend. Op de schelp wordt niet meer teruggekomen en zonder ook maar één keer te vragen of het gesmaakt heeft, haalt hij onze borden van tafel. Dan begint het lange wachten. Gelukkig staat er nog brood op tafel om onze honger te stillen. Ik neem de tijd om gesprekken tussen de obers en andere gasten af te luisteren. Wat ik daarin opvang slaat werkelijk alles. De mensen aan de tafel naast ons vroegen de ober of hij wilde uitleggen wat panna cotta is. Voor degenen die minder culinair onderlegd zijn: panna cotta is gekookte room. Dat betekent het ook letterlijk. Je kunt dat op smaak brengen met bijvoorbeeld fruit of vanille, waarna je het gerecht met behulp van gelatine laat opstijven. Ik zou als gast al tevreden zijn met de helft van bovenstaande uitleg. Onze ober, die duidelijk weet wat hij de gasten voorzet geeft de volgende uiteenzetting: ´Gewoon, dikke pudding.´ Het staat u allen vrij het plat Brabantse accent dat hij hanteerde erbij te denken.
101 minuten na het bestellen krijgen wij een hoofdgerecht. Gelukkig is daar weinig op aan te merken. Mijn skreifilet is prima gegaard en gaat mooi samen met het mosterdkapje waaronder hij is bereid. Ook de lamsschenkel is erg lekker. Jammer dat het bijgaande aardappelgarnituur in de kern niet gaar is.
Nog een gang te gaan. Ik ben blij dat ik er maar drie besteld heb. Ik krijg een erg eenvoudig kaasplankje, maar de kaasjes erop zijn wel erg lekker en niet te sterk na het hoofdgerecht. Ramona heeft een bakje met dikke pudding en abrikozenijs. Ik heb het niet geproefd, maar zij beschreef het als lekkere componenten die niet samenkwamen. Onze borden worden weggehaald door een andere ober. En deze praat gewoon! Alleen vraagt hij niet of het heeft gesmaakt, maar of het is gelukt! Daarna praat hij binnensmonds verder, dus versta ik niet wat erachteraan komt.
Uiteindelijk praat ook de andere ober weer en komt hij ons zelfs aanbieden of we koffie van het huis willen om goed te maken dat er schelp in het eten zat. Die koffie nemen we natuurlijk graag aan. En natuurlijk weet ik ook wel dat één slechte ervaring met een restaurant niet hoeft te betekenen dat het een slechte tent is, maar voorlopig staan er te veel restaurants op mijn verlanglijstje om terug te keren voor een herkansing. De hedendaagse klassieker met constant niveau (zegt Gault Millau) presteert in elk geval even een avondje minder constant.
Opvallend, hoe verschillend ervaringen kunnen zijn. Ik vind het jammer dat je het niks vond. Nu rest de vraag: hoe zit het met mijn 'goede' smaak?
BeantwoordenVerwijderenHet lijkt me niet dat er enige reden is om aan jouw goede smaak te twijfelen... ik denk dat je het met me eens bent dat boven beschreven ervaring niet past bij een toprestaurant. En wat ik ook al schreef: een slechte ervaring maakt een restaurant niet meteen een slecht restaurant.
BeantwoordenVerwijderen